Variatie in follow-through kenmerkt succesvolle forehand in tennis
De follow-through is bij het tennis de zwaai die het racket maakt nadat de speler de bal heeft geraakt. Het lijkt niet belangrijk deze uitzwaai, want wat maakt het uit wat je doet met je racket nadat de bal vertrokken is, maar het momentum dat je hand, arm en torso hebben op het moment dat je de bal raakt bepalen wel degelijk de uitkomst van je slag: als je racket naar voren beweegt bijvoorbeeld in een relatief vlakke baan, dan resulteert er een relatief lage bal met weinig topspin. Als je met je racket langs de bal veegt, omhoog, dan krijgt de bal juist wel veel topspin mee en zal die relatief hoog over het net gaan, in een veilige boogvormige baan.
Lichaamsbouw en intentie bepalen de uitzwaai
Maar wat is nu de beste follow-through. Dat hangt af van de manier waarop de bal naar je toekomt, de richting en spin die je de bal wilt meegeven en van de lichaamsbouw van elke individuele tennisser. Dit principe geldt in het tennis niet alleen voor de forehand, maar ook voor de opslag.
Follow-through WTA-tour gaat vaak over de schouder
Veel spelers in de WTA-tour, de toernooien op professioneel niveau die worden georganiseerd door de Women’s Tennis Association eindigen hun slag met het racket over hun schouder. Blijkbaar zorgt iets in hun bouw ervoor dat deze slag vaker een ideale oplossing biedt om spelsituatie op te lossen die ontstaan op de tennisbaan Maar ook sommige mannelijke profs, zoals Novak Djokovic hebben een follow-through waarbij de bovenkant van hun racket over hun schouder wijst naar de achterkant van de baan. Dat wil niet zeggen dat tennissers in elke situatie moeten kiezen voor deze uitzwaai.
Nadal werd beroemd met helikopterzwaai
Rafael Nadal is beroemd geworden met zijn zweepslag forhand waarbij zijn arm eindigt als een helikoptervleugel, hoog boven zijn hoofd en dan naar achteren. Door deze uitzwaai beweegt het racket van Nadal enorm vertikaal als hij de bal raakt, waardoor hij veel topspin genereert. Bij de follow-through van Roger Federer eindigt zijn racket juist lager: rond zijn elleboog. En je kunt zelfs nog lager eindigen, met je racket rond je heup, zoals Gael Monfils. Hij draait zijn arm bij de uitzwaai helemaal rond zijn heup.
Follow-through varieert tijdens de rally
Deze vier varianten van follow-through bij de forehand in het tennis is de oplossing die deze spelers kiezen als ze veel tijd hebben voor hun voorbereiding en wanneer de bal op een confortabele manier op hen af komt, maar ze kiezen deze oplossing lang niet altijd. Als je het spel van tennisprofs goed bekijkt zul je zien dat hun racket na het raken van de bal op veel uiteenlopende manieren uitzwaait zelfs tijdens een enkele slagenwisseling.
Als het raakpunt noodgedwongen een beetje achter de speler ligt, zal de uitzwaai vaker eindigen boven het hoofd van een speler. Niet alleen Rafael Nadal maar ook talloze andere tennistoppers kiezen voor deze oplossing als de situatie erom vraagt. Op andere momenten eindigt het racket bij de follow-through juist heel laag, bijvoorbeeld als een speler dichtbij het net staat of als er een hoge bal op haar afkomt die de speler bij de return omlaag wil brengen.
De finish bepaalt natuurlijk ook hoeveel topspin de bal krijgt. Als de speler bij het slaan meer naar voren beweegt zal het racket bij de uitzwaai ook meer naar voren bewegen. Bij een bal met veel spin beweegt en eindig het racket meer omhoog. Het idee dat deze beweging kan helpen om de bal lang op je racket te houden is echter een mythe.
Racket moet bij follow-through vrij kunnen uitzwaaien
Al met al is het belangrijk dat tennissers hun racket bij de follow-through goed door laten zwaaien, waardoor ook jun torso roteert, zodat het momentum van het hele lichaam bij de slag betrokken is en niet alleen de arm. De uitzwaai van je slag varieert dan onbewust, zonder dat je er als speler erg in hebt.