Forehand van Roger Federer is lastig na te doen
De forehand van Roger Federer is ‘misschien wel de beste die er ooit is vertoond’, schreef Richard Krajicek, de beste Nederlandse tennisser ooit in zijn boek ‘De 19 Beste tennissers aller tijden’. Niet gek dus dat spelers over de hele wereld nog altijd hun best doen om deze slag van de sierlijke Zwitser na te doen. Maar is dat ook werkelijk een goed idee?
Damien Lafont, ruimtewetenschapper en professioneel tenniscoach, publiceerde in 2007 een wetenschappelijke studie met foto’s die geen ruimte voor twijfel overlaten. Topspelers als Roger Federer en Rafael Nadal richten de blik bij de forehand en de backhand op het raakpunt van de bal.
‘Kijk maar eens hoe rustig Federer zijn hoofd beweegt, zeker als hij rent,’ schrijft Lafont. ‘Het is duidelijk dat Federer zijn hoofd stilhoudt en enorm stabiel is op het moment dat hij de bal raakt.’
Federer houdt bij forehand blik op raakpunt na slaan van de bal
Zowel bij zijn bakhand als forehand is de blik van Federer strak gericht op het punt waar het racket de bal raakt, ook al gaat ook voor hem de bal te snel om hem te zien. Nadat hij de bal heeft weggeslagen, komen zijn ogen niet meteen omhoog, maar blijft hij nog een tiende van een seconde gefixeerd op de plek waar hij de bal raakte, vergelijkbaar met de manier van kijken van golfers in het eerste quiet eye-onderzoek van Joan Vickers.
De bal is weg, waarom kijken zij dan toch naar het raakpunt? Volgens Lafont is het nodig om goed in balans te blijven. Door duizenden foto’s te bestuderen, ontdekte hij dat toptennissers die aan het begin van deze eeuw hoog stonden in de ATP-ranglijst van beste spelers ter wereld over het algemeen beter en langer focusten op de zone waarin zij de bal raakten.
Andere topspelers richten de blik vooruit nadat de ze bal hebben geraakt
Maar Lafont deed nog een opmerkelijke ontdekking: Grote voorgangers van Federer, zoals John McEnroe en Jimmy Connors, gebruikten deze strategie juist niet en ook heel wat spelers in de top-100 van nu focussen op een plek voorbij het raakpunt of kijken zelfs al vooruit voordat ze de bal raken.
Lafont concludeert: ‘In het moderne tennis onderscheiden de allerbeste spelers zich doordat zij hun blik langdurig fixeren op de raakzone.’ Maar in alle eerlijkheid zou je ook kunnen concluderen dat het toch vooral de grote mate aan variatie een opvallend element is dat naar voren komt uit zijn onderzoek, zoals dat zo vaak ook is gebleken bij tennis en andere sporten.
Te lang in de snaren kijken kan nadelig zijn voor een forehand
Naar beneden kijken in de snaren, zoals Roger Federer dat doet ziet er elegant uit, maar andere topspelers doen het niet. Je moet naar de bal kijken, natuurlijk maar de slag zelf kun je niet zien, daar gaat die te snel voor en als je de blik te lang gefocust houdt op het raakpunt bestaat het risico dat je de natuurlijke rotatie van je romp belemmert waardoor je alleen nog maar met je arm slaat. Dat komt de consistentie en kracht van je forehand niet ten goede.